Sneeuwpanter, ook sneeuwluipaard of irbis,
de soort Panthera uncia, een middelgrote vertegenwoordiger van de familie katachtigen van de roofdieren, verspreid over de gebergten van het zuiden van Centraal-Azië (Himalajacomplex), van Pamir tot West-China, op 1500-3500 m hoogte, soms nog hoger. Het dier wordt ca. 1,20 m lang plus een staart van ca. 90 cm; gewicht 45-70 kg; deze sierlijk gebouwde kat met naar verhouding kleine kop heeft een prachtige langharige pels met dikbehaarde staart; de grondkleur is lichtgrijsbruin met rijen donkere rozetten. Het dier bejaagt het grote bergwild (wilde geiten en schapen, enz.) van zijn onherbergzame woongebied ; een enkele maal vergrijpt hij zich aan huisvee. Dit plus de in de bonthandel zeer gevraagde pells en de wijde verspreiding van vuurwapens onder de bergbewoners vormen sterke bedreiging voor de sneeuwpanter, die enige bescherming ontleent aan de uitgestrekte en moeilijk toegankelijke biotoop; zonder twijfel is de sneeuwpanter een van de meest bedreigde dieren in de bergen van Azië. In dierentuinen blijkt het dier een moeilijke gast te zijn; er wordt volgens stamboekprincipes gefokt om een bijdrage te leveren aan het voortbestaan van de soort. Na een draagtijd van iets meer dan drie maanden worden één tot vier (meestal twee) hulpeloze jongen geboren, die door de moeder zorgzaam opgvoed worden.
Maximale levensduur 15 jaar